Wie op het punt staat te overlijden, heeft een lichaam dat plots een heel eigen leven lijkt te leiden. “Op dat moment veranderen er al heel veel verterings- en omzettingsprocessen in je lichaam. Je hele metabolisme verandert”, vertelt Ineke Koedam. Zij is voorzitter van het Landelijk Expertisecentrum Sterven en heeft jaren ervaring in de hospiceszorg. Bij haast elk sterfgeval zag ze eenzelfde proces.
“Als iemand blauwe plekken krijgt, weet je: nu gaat het niet lang meer duren”
Ineke Koedam, voorzitter Landelijk Expertisecentrum Sterven
“Je ziet dat mensen bijvoorbeeld de controle over hun urine of ontlasting kwijtraken. Die urine kan een donkere kleur krijgen en onaangenaam ruiken.” Soms krijgt iemand blauwe plekken op de onderbenen en rug. “Als dat gebeurt, weet je: nu gaat het waarschijnlijk niet zo lang meer duren.”
Je eetlust verdwijnt en je handen worden koud
Iemand wiens laatste uur heeft geslagen, heeft doorgaans absoluut geen trek meer. Koedam vergelijkt het met verdwenen eetlust als je griep hebt: “Je lichaam heeft dan alle energie nodig om te herstellen. Het wil niet eten, het heeft wel iets anders te doen.” Bovendien heeft een stervende simpelweg geen voedsel meer nodig.
Dat het lichaam spaarzaam met energie omgaat, is bij stervenden ook te merken aan de handen, voeten en neus, die steeds kouder worden. “De warmte en energie worden nog zo lang mogelijk ingezet voor met name de vitale organen.”
“Het stervende lichaam wil niet meer eten, het heeft wel iets anders te doen”
Ineke Koedam, voorzitter Landelijk Expertisecentrum Sterven
Je ademt onregelmatig of ‘rochelend‘
Ook de ademhaling verandert. “Eerst ademt iemand diep vanuit de buik, dan wordt dat steeds hoger en oppervlakkiger. Vaak zijn het intervallen: iemand neemt een ademteug, vervolgens gebeurt er een hele tijd niets waardoor naasten misschien denken dat hun geliefde er al niet meer is, maar dan klinkt toch een volgende ademteug.”
Opvallend is ook dat veel stervenden rochelend gaan ademhalen. Koedam legt uit: “Iemand is dan al zo verzwakt of versuft, dat hij of zij niet meer in staat is om de afscheiding weg te slikken die zich ophoopt in de keel.” Dat geluid is voor naasten heel naar, maar de stervende heeft daar vaak geen last van, benadrukt ze. “Die is dan al in een heel ontspannen staat.”
Je bewustzijn staat op laag pitje (al werken je zintuigen nog)
Ook het bewustzijn doet al een stap terug. “Wij als omstanders denken soms: wat een groot lijden is dit, maar de stervende krijgt daar nauwelijks iets van mee. Veel prikkels komen niet meer door.”
Dat betekent trouwens niet dat iemand zich helemaal nergens meer bewust van is. De zintuigen werken in die laatste uren nog behoorlijk goed. “Vaak kan de stervende bijvoorbeeld nog horen wat je zegt, maar er niet meer op reageren. Ook is de reukzin nog scherp aanwezig.”
“Wij als omstanders denken soms: wat een groot lijden is dit, maar de stervende krijgt daar nauwelijks iets van mee”
Ineke Koedam, voorzitter Landelijk Expertisecentrum Sterven
Soms heb je nog een helder moment
Toch kan er plotseling nog een helder moment zijn: een stervende reageert weer of kijkt ineens helder uit de ogen. Zelfs mensen die al heel lang niet meer aanspreekbaar waren, in coma lagen of zwaar dementerend zijn, kunnen toch een allerlaatste helder levensteken geven.
“Soms laten ze alleen even weten dat ze er nog zijn, maar soms nemen ze heel coherent afscheid. Ook hieruit blijkt dat mensen op hun sterfbed zintuiglijk nog veel oppikken, ook al lijken ze al zo ver weg.”
Je polsslag houdt op en je sterft
Na de laatste ademteug en laatste uitademing kan het hart nog eventjes doorkloppen. Is de pols-hartslag ook verdwenen, dan is iemand officieel overleden. “Overigens gebeurt er dan nog heel veel meer in het lichaam”, benadrukt Koedam.
“Er is echt een heel groot verschil tussen de allerlaatste fase van leven, waarin iemand nog licht ademhaalt, en het moment waarop er geen hartslag meer is en iemand sterft. Na de dood zie je echt dat het leven uit het lichaam is, of de bezieling, of de ziel, of welke woorden je er maar aan wil geven.”
Wat er op dat moment precies gebeurt, blijft een mysterie dat lastig te omschrijven is. “Maar iedereen die een naaste heeft zien sterven, ziet het verschil tussen iemand die er is, en iemand die er niet meer is.”
Wat er verder in het lichaam gebeurt
- Het hart gaat steeds trager pompen. Zo vertraagt de hele bloedsomloop
- Het traag rondgepompte bloed verliest het van de zwaartekracht en zakt naar de onderkant van het lichaam
- Door zwakkere ademhaling en vertraagde bloedsomloop krijgt het bloed minder zuurstof vanuit de longen
- De vitale organen zoals hart en hersenen worden nog het langst voorzien van zoveel mogelijk (relatief) zuurstofrijk bloed. Andere organen vallen al uit
- Als de hersenen ook minder aanvoer krijgen, kunnen die de spieren niet meer aansturen
- Als de stervende stopt met ademhalen, krijgt het hart geen zuurstof meer en stopt helemaal met pompen